Met z’n allen verdringen we ons rondom een stenen paaltje dat ergens in een steegje tussen twee cafés staat. “Let op je scherptediepte en let op je ISO getal”, zegt de beroepsfotograaf. De stadsgids van het Nijmegen gilde is al lang verder gelopen en staat bij het beeld van Marieke van Nimwegen te wachten totdat de groep uit gefotografeerd is. Meteen merken we al de tegenstrijdige belangen. Eerst de vakfotograaf die de opdracht heeft ons groepje in twee uur zoveel mogelijk over fotograferen te leren. Dan die gids die in deze uren ook zijn verhaal wil houden en zijn route door het historische centrum van Nijmegen wil afmaken. Het is een doordeweekse avond en ik heb mij aangesloten bij een foto workshop wandeling door d’Ouwe Stad. Met een groepje van acht cursisten proberen we bij de les van beide docenten te blijven. Het is al weer jaren geleden dat ik echt om me heen gekeken heb op de Grote Markt in het centrum van Nijmegen. Het is een museaal plein met architectuur vanaf de zestiende eeuw. Nu ik er bewust naar kijk vallen vooral de fraaie gebouwen, de glas in lood ramen, de wapenschilden en de antieke straatlantaarns op. Nooit eerder had ik er zo naar gekeken. In die beroemde Stevenskerk met de karakteristiek torenspits, ben ik twintig jaar geleden wel eens binnen geweest. Nu ik er omheen loop, ga ik het imposante bouwwerk bijna mooi vinden. Deze avondwandeling geeft een hernieuwde kennismaking met de stad waar ik al dertig jaar woon. De kaalheid van de Waalkade vind ik in een schril contrast staan met de bonte smalle steegjes in het centrum. Misschien was het ook wel twintig jaar geleden dat ik hier voor het laatst was. Het kunstwerk van het labyrinth met op de achtergrond een van de vele bruggen over de Waal houdt de leerlingfotografen lang bezig. Onze stadsgids is door gelopen en staat bovenaan de trappen te wachten tot we klaar zijn. In het Kronenburgerpark voel ik mij een toerist in eigen stad. Tot mijn schande moet ik erkennen dat ik nog nooit in het park geweest was. Wel zo af en toe er eens om heen gereden, maar er nog nooit in. Ja, ik ken de foto’s van een bekend torentje in het park en ik ken het lied dat Frank Boeijen over het Kronenburgerpark gemaakt heeft. Nu ben ik op deze avond, terwijl de schemer begint te vallen, dus echt in het park. Ik herken die toren en nu pas zie ik hoe heuvelachtig dit park aangelegd is. De glooiingen en hellinkjes doen buitenlands aan. Tot mijn verbazing ontdek ik zelfs een waterval. Een goed voornemen zou zijn om dit park eens wat vaker te bezoeken, maar dan op een warme zomerse dag. Nu is het guur en regendruppels dreigen te vallen. Rondom het volgebouwde plein 1944 heeft het winkelpubliek plaats gemaakt voor het uitgaanspubliek. Uit de open deuren van de shoarma en pizza restaurants walmen de knoflookdampen. Op het terras van café Goossens op de Grote Markt wordt de wandeling besloten met een drankje. Bij de evaluatie van de wandeling van drie uur ontdek ik dat ik meer van Nijmegen geleerd heb dan van fotograferen.