Het is nu ruim een week geleden dat ik teruggekomen ben van het Canarische eiland La Palma. In de reisboeken wordt het ook wel ‘la isla bonita’ genoemd. Mooi is het wel zeker, maar het is ook een van de steilste eilanden ter wereld. Met een breedte van ongeveer 20km en een hoogte in het midden van 2500 meter is alles er steil. Er is niets recht, alle wegen en paden gaan omhoog of omlaag. Geen enkele weg is recht, altijd een bocht naar links of naar rechts. Het enige vlakke stukje is de start en landingsbaan van het vliegveld. Bij het wandelen vond ik de hoogteverschillen niet echt een probleem, dat is gewoon doorstappen en doorwerken. Wel kwam ik mezelf weer tegen vanwege mijn hoogtevrees. Paadjes van nog geen halve meter breed, met stenen en rollend grind, zigzaggend tegen een rotshelling op, vond ik niet fijn. Bij een afdaling over een hoogte van 600 meter op een een dergelijk pad in de ‘kloof der angsten’ kreeg ik het benauwd. Voetje voor voetje ben ik afgedaald en heb er uren over gedaan.
Als voorbereiding op de vakantie op dit Spaanstalige eiland en ook voor een nog komende reis naar Peru, heb ik een beginnerscursus Spaans gevolgd. Het waren nog maar 14 lessen, maar toch was ik benieuwd wat de meerwaarde er van is. Het lezen van teksten, opschriften en menu gaat dankzij die cursus gemakkelijk. Een conversatie tussen Spanjaarden is nog nauwelijks te volgen. Eenvoudige bestellingen op een terras is geen probleem. Maar ik word toch snel als toerist gezien en in het Engels aangesproken, dan is het vreemd om naar het verse Spaans om te schakelen. Een paar keer heb ik naar de weg gevraagd, of waar ik een bushalte kon vinden, in het Spaans. Het antwoord kan ik dan nog net volgen. Er zal nog flink gestudeerd moeten worden op het Spaans om er verder in door te dringen. Ik kijk uit naar het tweede semester van de cursus die in het najaar gaat beginnen.
De uren wandelen op de Spaanse bergpaden was vooral ook een test voor mijn rechterknie. Al een paar maanden had ik last van knie, vooral tijdens en na het hardlopen. Behandelingen door een sportfysiotherapeut en oefeningen thuis brachten al snel verbetering. Tijdens die twee weken op La Palma had ik nauwelijks last van de knie. Ook bij de eerste voorzichtige trainingen na terugkomst blijft het goed gaan met mijn knie. Op advies van mijn therapeut moet ik veel fietsen. Er zit nog steeds wat vocht in dat door beweging moet verdwijnen.
In deze week van de vierdaagse lijkt het wel of heel Nijmegen en omstreken in vakantiestemming is. De stad lijkt op een camping. Toen ik vorige week even in de binnenstad was, leek ieder hoekje volgebouwd te worden met tenten, biertenten, muziektenten en overkappingen. Overal klonken hamerslagen van arbeiders die metalen constructies van al die tenten klaarmaakten. Dat als voorbereiding op de zomerfeesten. Het mag dan het feest van het jaar voor Nijmegen zijn, persoonlijk mijd ik in deze week de stad. Van grote mensenmenigte, herrie en drukte raak ik gestrest. De gemakkelijke tuinstoelen die jarenlang ongebruikt in mijn schuur stonden, heb ik schoon gemaakt en in de tuin gezet. Het oude houten stoeltje met de gescheurde latjes in de zitting en de afgebroken leuning heb ik aan de kant gezet. Doordat ik voor mijn vertrek naar Spanje de tuin onkruidvrij gemaakt heb, ziet alles er nu redelijk uit. Ik denk dat ik de vierdaagse week maar in eigen tuin doorbreng en de studieboeken Spaans nog maar eens doorneem.