Een evenement waar ik ieder voorjaar naar uitkijk is het driedaagse muziekfestival tijdens het Pinksterweekend, de Music Meeting, in park Brakkenstein. Drie dagen lang ben ik tijdens alle festival uren aanwezig en laat alle muzikale cadeaus aan mij voorbijkomen, te minste als het weer wil meewerken. Voorgaande jaren was het zomers warm, dit jaar is het één van de koudste Pinksterdagen aller tijden. Het is een multiculturele kennismaking met muzikale stromingen en het menu varieert van Griekse ballades, Bluegrass, hiphop tot aan Gregoriaanse gezang. De sfeer is gemoedelijk en vaak heb ik ontmoetingen met bekenden, zoals dit jaar een prettig weerzien met een dame die ik op een eerdere Music Meeting ontmoet heb.
Mijn geheime tip voor alle Music Meeting bezoekers voor de komende edities is, kom zo snel mogelijk als het terrein voor bezoek opengaat. Het staat nergens in de programma boekjes, maar zo’n een uurtje voor de eerste optredens vindt in een tent achter op het terrein de officiële opening van het festival door de directeur plaats. Waarschijnlijk bedoeld voor medewerkers en genodigden, maar je kunt er zo naar toe. Hier wordt in het eerste uur gratis koffie en drank geschonken en de allerlekkerste taartjes en bonbons geserveerd.
De concerten in de grote Apollo tent, vroeger De Kathedraal genoemd, zijn vaak van uitstekende kwaliteit. Het is niet altijd mooi, dat is vaak niet het juiste woord maar wel vaak boeiend, of knap gedaan. De eerste concerten zijn dit jaar openbaar toegankelijk. De komende zondag en maandag staat er een entree prijs op ieder concert. Ieder jaar koop ik een passe-partout voor drie dagen, zodat ik echt alles kan bezoeken. De titel van het allereerste concert in de namiddag ‘Dawn of Midi’ zegt mij niet veel. De omschrijving “conceptueel denken en gepassioneerd musiceren” nog minder. Het Amerikaanse trio met piano, bass en drums zet een strak en stevig geluid neer. Op dit eerste concert zijn de zijflappen van de tent nog open. Dat komt het optreden niet ten goede. Het binnendringende zonlicht laat weinig over van de fraaie belichting van het podium. Erger nog vind ik het continue rumoer van het publiek achter in de grote tent. De grote dynamiek van de muzikanten verdwijnt in de achtergrond herrie. Het is een ‘sta-concert’, maar door het publiek worden toch houten klapstoeltjes naar binnen gesleept. Ik bemachtig een stoeltje, maar kijk dan tegen de hoofden van het staande publiek aan. Bovendien heb ik nog steeds koud, ondanks de vier lagen kleding en ik besluit te vertrekken. De rest van de concerten op deze avond sla ik over, alles in de hoop dat het morgen iets warmer is.
De fijnste concerten vind ik de optredens die op de zondag en maandagmorgen in de aangrenzende Hortus tuin gegeven worden onder een grote ronde overkapping. De kleinschaligheid van deze bijna akoestische optredens op een klein podium vind ik heel gezellig. Het publiek schaart zich op plastic stoeltjes rondom het geïmproviseerde podium. Dat alles onder de noemer van ‘brunchconcerten’. Ja inderdaad, er is goede koffie en er zijn rijk belegde broodjes te koop. Het is hier ook dat ik een paar bekenden tegenkom, waarmee ik vooraf en in de pauze tussen de twee concerten een goed gesprek kan hebben.
In de middagen wordt het maar niet warmer. Met een temperatuur voorspelling van 12 graden en 5 lagen kleding aan blijf ik het koud hebben. Met het programmaboekje bij de hand maak ik steeds een keus tussen de optredens op de podia. De grote Apollo tent heeft mijn voorkeur, hier is het wat warmer dan in de kilte buiten. Een machtig optreden is dat van de Griekse zangeres Savina Yannatou met haar band van zes personen. ‘Een liveoptreden van haar is een ervaring die je nooit meer vergeet’, aldus het programmaboekje. Het zit lekker op een stoeltje op de derde rij en af en toe sluit ik even de ogen en droom weg op de Griekse klanken. Het publiek is nu muisstil in de grote tent en dat komt het concert zeer ten goede.
Bij een van de vele eetkraampjes koop ik een warme lunch, een nasi compleet bij de Indonesische tent. Eén van de vele ‘hier en daar buien’ valt neer. Met het plastic bordje zoek ik een droge plek onder een tentzeil en op een klamme klapstoel. Helaas kan ik de derde dag niet volledig vol maken op het festivalterrein, in verband met andere bezigheden. Het optreden van de Gregoriaanse zanggroep Iberi zal het laatst optreden voor mij voor dit jaar worden. Met louter zang houden de tien leden van het koor het publiek ademloos stil tijdens het sfeervolle optreden. Het programmaboekje spreekt over ‘melodielijnen die door elkaar heen kringelen, licht tegen elkaar schuren en zich vervolgens schikken in kantelende harmonieën, vertolkt door gestaalde en sonore mannenstemmen’. Zo mooi kan ik het niet uitdrukken, maar het is indrukwekkend en ik vind het een waardig besluit voor mij van deze Music Meeting.
Na drie dagen koukleumen in de open lucht bij minder dan 12 graden kom ik thuis en zet de verwarming op 22 graden om de koude uit de botten te weren. Ik kijk uit naar de verkorte editie in het najaar die binnen wordt gehouden.