Verre landen, vreemde klanken, exotische instrumenten en exotische artiesten. Ik zie instrumenten zoals de ud en de ‘hammered dulcimer’, die kom je niet dagelijks tegen in de muziek. Ik zie artiesten die doen herinneren aan Catweazle, een vreemde figuur uit een Engelse tv serie van 1970. Dat kan alleen maar op de Music Meeting in Nijmegen.
Vreemde muziek soms ook, muziek om naar te kijken en niet alleen om naar te luisteren. Een paar maal ben ik gevlucht, ik kon het niet langer aanhoren. Soms was het uit te houden omdat het spel van de muzikanten boeide. Gepassioneerd bespeelt men de instrumenten met expressionele gezichten. Fotografen lopen rond om de mooiste foto’s van de artiesten te maken.
Het is Pinksterweekend is weer voorbij en zoals voor mij een traditie is, heb ik drie dagen op de Music Meeting in Park Brakkenstein doorgebracht. Het was 17 jaar geleden dat kwam ik voor het eerst in aanraking kwam met dit jaarlijkse festival voor Wereldmuziek. Het was in de tijd dat het muziekfestival ook op de landelijke radio werd uitgezonden, gedeeltelijk rechtstreeks of later. Toen was het nog in het centrum van Nijmegen, in de schouwburg en in het concertgebouw. De lokale omroep van Nijmegen besteedde er ook aandacht aan en mocht delen van de enkele concerten uitzenden. Mijn taak was om in de registratiewagens van de landelijke omroep recorders te plaatsen en er op toe te zien dat ook onze opnames gestart werden, dat was alles. In de tussentijd kon ik alle optredens en concerten bijwonen. Ik kreeg ook een batch waarmee ik vrije toegang tot alle ruimtes en backstage had. De goed verzorgde catering voor artiesten en medewerkers was een prettige bijkomstigheid. Ik kon in de artiestenkantine onbeperkt broodjes krijgen en ’s avonds een warme maaltijd. Helaas was dat maar een eenmalige gebeurtenis.
In de daarop volgende jaren ben ik de Music Meeting blijven volgen als betalende bezoeker. Snel daarna verhuisde men van de binnenlocaties in de maand november naar het Park Brakkenstein en naar het Pinksterweekend. Voor zover ik mij kan herinneren heb ik sindsdien alle afleveringen bezocht, behalve dan in 2015. Veel medewerkers herken ik van alle voorgaande jaren, er is blijkbaar een vaste ‘crew’ die het altijd organiseert. Dat geeft steeds weer een vertrouwd gevoel als je zelfde mensen bij de entree, de zelfde presentatoren de zelfde mensen van geluid en licht ziet. Vaak zie ik festivalbezoekers die ik herken van de voorgaande jaren. Niet alles vind ik mooi, soms is het voor mij te experimenteel. In andere gevallen vind ik het te luid. Er zijn enkele podia in halfopen tenten, zodat je kunt kiezen voor een optreden. Of heel makkelijk kunt weglopen als het niet bevalt. Ik ben heel vaak na twee nummers al weggelopen.
Dit jaar waren er voor mij drie hoogtepunten. Op de eerste dag al een optreden van een Afrikaanse zangeres uit Kameroen, op een een heel mooie locatie in de Hortustuin. Zangeres Kareyce Fotso zingt met veel emotie in haar expressieve stem over de vele misstanden in Afrika en begeleidt zich zelf op de gitaar. Het is een sfeervol optreden op het kleinschalige podium waar het publiek haast aan haar voeten zit en ik zit op de eerste rij. Ondanks dat ik niets van de teksten van haar liederen kan verstaan, ontroert ze mij. Hoe het komt weet ik niet, maar de tranen rollen uit mijn ogen. De uitleg de teksten tussen haar liederen is hartverwarmend en ze geeft je het gevoel dat je dicht bij haar bent. Helaas duurt haar optreden slechts drie kwartier, het kon mij niet lang genoeg duren. Na afloop is ze heel toegankelijk en ze gaat graag met het publiek op de foto. Ik zou ook wel samen met haar op de foto willen en haar even willen knuffelen, maar ik heb geen camera of telefoon bij me.
Om toch iets van de sfeer van Kareyce Fotso te laten proeven hieronder een video van haar.
De artieste ‘in focus’ dit jaar is Becca Stevens uit Amerika. Ze verzorgt het weekend drie optredens en op de eerste dag samen met een strijkkwartet. Becca is even oud als de Music Meeting, 33 jaar en is in het rood gekleed, het staat haar zeer goed. De combinatie van de mooie stem van Becca, haar elektrische gitaar en de klassieke klanken van het strijkkwartet komen bij mij bombastisch over. Het is weer zo’n optreden waar ik het na een half uur niet meer uithoudt.
De volgende dag zit ik weer op de eerste rij voor het podium bij de Hortus. Dit keer is ze alleen en speelt ze op haar ukelele en de elektrische gitaar. Solo komt ze veel beter tot recht en door haar charisma blijkt ze spontaan en een warme persoonlijkheid te zijn. De liedjes waarbij ze op haar ukelele speelt gaan wel, die waarbij ze de elektrische gitaar gebruikt komen bij mij te zwaar over. De verhaaltjes tussen haar liedjes maken het voor mij helemaal af.
Op de tweede pinksterdag zit ik weer bij het derde optreden van Becca Stevens, maar nu staat ze in een van de grotere tenten. Ik zit op de eerste rij. Vandaag treedt ze op met een Nederlands jazz trio, met contrabas, klarinet en gitaar. Nu vind ik het Becca op haar best als ze bekende jazz stukken vertolkt. Het is een mooi begin van de laatste dag van de Music Meeting. Dit vind ik het mooiste optreden van haar. Voor de gelegenheid heb ik vandaag toch maar een camera meegenomen.
Een verrassing vind ik het optreden van ‘House of waters’, een trio afkomstig uit de USA, Argentinië en Japan. Op het podium staat een normaal drumstel en een gewone bas, hoewel met 6 snaren, in plaats van vier. Het meeste bijzondere is de ‘hammered dulcimen’, oftewel een ‘hakkebord’. Het snaarinstrument wordt met houten hamertjes bespeeld en de Amerikaan haalt er een geluid uit alsof er een heel orkest in vertegenwoordigd is. De snelheid waarmee de handen de hamers bewegen is met het oog niet te volgen. De muziek is een mix van jazz, Senegalees en die uit India. Het is stevig, opwindend, maar ook relaxed. Als ik de muziek alleen zou moeten horen, dan zou ik het niet uithouden. Maar door het zien hoe de artiesten bezig zijn, wordt het boeiend. De drummer is energiek bezig op het verder normale drumstel. De Japanse basspeler haalt ongebruikelijke klanken uit de 6 snarige bas en zoals uit zijn expressies blijkt gaat hij volledig op in het spel. De Amerikaanse dulcimer speler is duidelijk de aanvoerder en verrast steeds door de klanken uit het eenvoudig snaarinstrument.
Na afloop geeft ‘House of Waters’ in een naburige tent (Oyo) een interview. Het verhaal van de Amerikaan hoe hij door het leren bespelen van de dulcimer zijn levenshouding is veranderd maakt indruk op het publiek en de interviewer. Ik zelf vind het een mooie afronding van deze dag en ook dit weekend. Er is nog een komend optreden op het festivalterrein, maar dat is in de grootste tent die ik tot nu toe gemeden heb. Die tent vind ik te massaal, alleen voor grootschalige ‘sta-concerten’ en het geluidsniveau te hoog. Daarom ga ik rustig naar de uitgang en tegen de portier zeg ik ‘tot volgend jaar’.