Zuurzak
In al die maanden dat ik Paramaribo woon, valt het op hoe gastvrij men is. Als ik op gelegenheden kom waar er iets te doen is, dan wordt er altijd goed voor de aanwezigen gezorgd. Volgens Surinaamse traditie wordt er altijd rekening gehouden met onverwachte gasten. Voor mijn werk kom ik op plaatsen waar meerdere mensen samenkomen. Toen ik nog niet zo lang hier was, reed ik met iemand in de auto mee en we gingen langs de universiteit. Er werd daar die ochtend een voordracht gehouden door een studente in verband met haar afstuderen en wij moesten iemand daar bij die universiteit ophalen. Na afloop van de voordracht stond er op het buitenterras een geweldige lunch klaar. Mijn gezelschap en ik waren buitenstaanders, maar we werden direct uitgenodigd om met een bordje langs het warm- en koud buffet te schuifelen. Aan de fraai gedekte tafels was plaats genoeg en we genoten van de gratis lunch.
Het Korps van de Politie van Suriname bestaat heel binnenkort 120 jaar. Ter ere daarvan werd er een kleine tentoonstelling geopend die een overzicht geeft van de historie van 120 jaar KPS in het gebouw van de politie academie. De opening van de mini-expositie ging plechtig door middel van het doorknippen van een geel lint door de korpschef. De pers was flink vertegenwoordigd en in dat verband was ik er ook. Veel belangstelling van de gewone burger was er nog niet. Daarvoor in de plaats waren er wel veel politie agenten. Ik vroeg me nog af, moeten die geen toezicht houden op straat? Bij de toespraken werd veel aandacht besteed aan het grote feest dat op 1 juli gegeven gaat worden. Na de officiële speeches in de fraai versierde tent kwamen agentes langs met schalen met saussijzenbroodjes en glazen sap. Bij mij kwam het korps over als een gezelligheidsvereniging. Na de rondleiding door de expositieruimten werden er interviews door de media afgenomen van agentes in historische uniformen en met de korpschef van de politie van Suriname. Op zijn epauletten schitterde de vele sterren en strepen in de zon. Er stonden nog steeds dozen met broodjes en het markoezasap was nog niet op. Bij terugkomst had ik geen behoefte meer om nog te lunchen.
De uitslag van de landelijke verkiezingen is na drie weken nu bekend en heel binnenkort wordt de nieuwe regering geïnstalleerd. Het is vrijdag aan het eind van de middag en ik ga naar Hotel Torarica, het duurste hotel van de stad. Daar in de ballroom wordt het eindrapport van het Onafhankelijk Kies Bureau (OKB) gepresenteerd. Het is een openbare zitting, maar de meeste bezoekers zijn politici en de pers. Op het podium zitten aan een lange tafel de leden van het OKB. In het midden zit de voorzitster en zij voert het woord. Eigenlijk is het een uur durende voorlezing van het rapport in ambtelijke taal. Het publiek kijkt wazig voor zich uit en de pers zit verveeld op hun stoel, of staan achter hun camera. Het dreigt even leuk te worden als de voorzitster, mevr. Van Dijk- Silos, even uit haar rol schiet en zegt dat maar één van de politieke partijen zich aan het kieswetregelement heeft gehouden. Daarom had het OKB de stemmen voor die andere partijen ongeldig kunnen verklaren. Alleen van die ene partij, ze zegt niet welke, waren alle documenten in orde. De aanwezigen en ook de pers komen weer bij bewustzijn als het einde aangekondigd wordt en vooral door de mededeling dat er in de hal hapjes en drankjes klaar staan. Met mijn collega’s vlucht ik naar buiten en daar zie ik de dames met de schalen met saté al lopen. In de hal ben ik in gesprek met collega’s en dienbladen met gekoeld sap komen langs. Ik begin met markoezasap en op aanraden drink ik nog zuurzak. Die laatste vind ik wat bitter, dus mijn volgende glas is een tamarinde. Als mevrouw Silos met haar saté klaar is, vragen we welke partij braaf was. Het hoeft voor haar geen geheim te blijven dat het de partij DOE was. Door de dames van de catering lief aan te kijken scoor ik nog enkele satés en een flink gevulde kippenpastei. Deze avond heb ik geen behoefte meer aan avondeten.
(Geschreven in Café Connect, tijdens twee cappuccino’s)