Begrijpen jullie dat?
In de laatste paar jaar heb ik meer aan fotografie gedaan dan alle vorige decennia. Het startpunt was het verblijf van een jaar in Suriname, waarvoor ik nu eens een ‘echte’ camera gekocht heb. De analoge spiegelreflex, een Pentax MX uit 1976, kon echt niet meer. Daarna heb ik nog twee eenvoudige digitale camera’s gebruikt, maar het type geheugenkaartjes dat daar in moet (XD-kaartjes) is nu niet meer verkrijgbaar. Dus vlak voor het vertrek naar Suriname kocht ik een redelijke Canon camera met een leuke lens. Vanaf dat moment heb ik die camera vaak gebruikt en er ongeveer 8000 foto’s mee gemaakt. Slechts weinigen van die 8000 foto’s hebben het gehaald tot een afdruk, fotoboek of publicatie op een website. Soms dacht ik er wel eens over om uit te kijken naar een cursus fotografie. Maar dan wel enigszins in de buurt, betaalbaar en niet al te intensief. Bij toeval vond ik enkele weken geleden een advertentie voor een ‘intensieve basis cursus fotografie’, gedurende een dag. De titel heeft iets tegenstrijdigs in zich.
Afgelopen weekend reed ik naar Utrecht voor de genoemde cursus, voor een acceptabele prijs inclusief koffie, thee en lunch. Verwachtingsvol nam ik plaats op een stoeltje in een zaaltje, samen met nog zo’n 9 andere cursisten. Het programma bestond uit twee delen, eerst het technische deel over de instellingen van een moderne camera en het tweede deel over de creatieve aspecten. In het begin had ik wat moeite met het buitenlandse accent van de docent, maar na verloop van tijd was ik aan gewend. Het ging over licht en de kwaliteit van het licht. Als het licht niet goed is, dan maak je geen foto’s is de stelling. Dan kom je een andere keer terug, net zo vaak tot het licht op de locatie wel goed is. Het mooiste licht is er vaak op het ‘gouden uur’, het laatste uur zonlicht van de dag met mooi warm en zacht licht. Al moet je er dertig keer voor terugkomen. “Inderdaad, het leven van een fotograaf is hard werken”, volgens de docent. Prima instelling voor de betaalde beroepsfotograaf, maar het werkt niet bij een intensieve rondreis door een exotisch land.
Lang werd door gehamerd op de instellingen voor de camera met betrekking tot diafragma, sluitertijd en ISO waarde. In de wereld van de professionele fotograaf zijn de automatische instellingen van de camera een taboe. Handmatig alles instellen is het enige dat goed genoeg is, “begrijpen jullie dat?”. “Als de opname te donker is, wat moet er dan gebeuren”, vraagt de docent aan het klaslokaaltje. Iemand roept voorzichtig: “ISO getal omhoog”. De docent: “is dat correct?”. Zo gaat het drie uur lang door totdat we alles weten over diafragma, sluitertijd, ISO en scherptediepte. Voor mij bekende materie. Sinds ik die volledig handbediende Pentax MX uit 1976 bezit, ken ik die theorie. Toen kon je geen ISO waarde instellen, alleen maar een andere rolletje er in zetten. Er was keus uit 100 tot 800 ISO herinner ik mij. Met de moderne camera’s kun je tot hele hoge ISO waarden gaan en met bestaand licht veel betere foto’s maken dan vroeger in het analoge tijdperk. “ISO is alles, begrijpen jullie dat?” Terwijl ik alle theorie nog eens aanhoor, bedenk ik wat de gemiddelde fotograaf zou doen als die in een landschap staat en tijdrovend alle instellingen in de juiste volgorde en met de juiste theorie zou moeten instellen, terwijl er opeens een wolf verschijnt? Dan toch maar even op de automaat?
Als opdrachten maken we allen foto’s van twee toevallig aanwezig waterflesjes, met alle mogelijke instellingen. Een opdracht: maak twee foto’s, de ene waarbij beide flesjes scherp zijn en de tweede waarbij er eentje scherp is en de andere zo onscherp mogelijk. “Begrijpen jullie dat?” Makkelijke opdracht.
Van het tweede deel, de creatieve aspecten had ik gehoopt het meest te leren. Helaas was daar nog maar een uurtje voor over. We leren dat een goede foto maken hard werken is en veel geduld kost. Voor beroemde en geslaagde foto’s heeft de fotograaf weken in de modder gelegen horen we. Als voorbeeld wordt een fraaie foto getoond van een vogel waar 270000 eerdere pogingen aan vooraf zijn gegaan. Wat ik er onder andere wel uit leer is dat de keuze van het onderwerp het meest belangrijke is. Weer een vraag aan het klasje: Als er één fotograaf naar Australië gaat voor landschapsfoto’s en een andere gaat naar het nabije gelegen parkje voor landschapsfoto’s, van wie denk je dat die met de mooiste en beste foto’s thuis komt? “Begrijpen jullie dat?”
Dit is voor mij een reden en motivatie om veel te blijven reizen. Maar eerst maar die zonnekap gaan kopen om de lens te beschermen tegen ongewenste inval van zonlicht en dienst als extra bescherming. “Begrijpen jullie dat?”. Dat begrepen we al in het eerste half uur.