Op deze laatste dag van dit jaar, 31 December 2018 en terwijl deze dag en het jaar nog maar een paar uur duurt, is het een goed moment voor een persoonlijke terugblik op het jaar 2018. Diegenen die mij kennen, weten dat ik nooit goede voornemens maak bij de start van een nieuw jaar. Ik zie vanzelf wel waar de tijd mij brengt. Toch zijn er dit jaar wel een paar opvallende dingen gebeurd, die eigenlijk heel toevallig ontstaan zijn, zonder de hulp van goede voornemens.
Het was geheel toevallig dat ergens aan het begin van het jaar mijn eigen boekwerkje met de verhalen uit Suriname op mijn deurmat viel, teruggebracht na een klein jaar geleend te zijn door mijn buurman. Het was een exemplaar van het A4 boekwerkje, laten maken bij een copyshop in kleine oplage. Er zat een briefje bij: “leuk verhaal”. Zelf had ik die verhalen ook al lang niet meer gelezen. Bij het opbergen van het boekje, ingebonden met een ringbandje, bladerde ik er zelf nog eens doorheen. Ooit was ik van plan meer met die verhalen te gaan doen, maar dat idee was ik snel weer kwijt. Pas bij het teruglezen van enkele pagina’s op weg van deurmat naar boekenkast kwam het idee bij me op om toch eens te proberen die verhalen in boekvorm uit te geven. Nog dezelfde avond had ik een uitgeverij gevonden voor boekuitgave in ‘eigen beheer’. Daarna ging het snel. Er volgde een aantal weken van contact met de uitgeverij, assistentie van een vormgeefster, de nodige correcties aanbrengen en het ontvangen van de drukproeven. Tot mijn verbazing had ik enkele weken daarna een paar dozen met mijn eigen boek in de gang staan en stond het boek te koop op de website van Bol.com. Achteraf was ik met de gekozen titel: “Vlucht naar Paramaribo” niet echt gelukkig, want als ik die titel zelf opzocht in een zoekmachine op internet kwam ik terecht bij aanbiedingen van luchtvaartmaatschappijen.
In mijn omgeving heeft het uitbrengen van het boekje wel wat zaken losgemaakt. Het gevolg was een artikel in de regionale krant, De Gelderlander, en het kunnen verkopen van het boek aan mensen in mijn kennissenkring. Ook in een paar boekhandels in de buurt zijn er een aantal verkocht, maar rijk zal ik er niet van worden. Had ik ook niet verwacht. Misschien dat ooit nog eens de kosten er uitkomen. Voorlopig heb ik nog genoeg exemplaren op voorraad. Over een cadeautje voor mensen bij wie ik op bezoek ga, hoef ik de komende tijd niet lang na te denken.
Eigenlijk had ik dit jaar wel een voornemen en dat was om ergens in de zomermaanden weer eens voor langere tijd het land te verlaten. Mijn plan was om bijvoorbeeld drie maanden lang een trektocht te gaan maken door Mexico. Nu eens geen geplande en georganiseerde rondreis van drie weken, maar wel een volledig ongeplande en niet georganiseerde tocht van enkele maanden. Het is er nog niet van gekomen, maar ik blijf het idee warm houden voor het jaar 2019. Er zijn een aantal oorzaken waardoor ik dit plan uitgesteld heb. Straks meer daarover.
Iets wat ik al langer wou, maar dat steeds maar niet lukte is dit jaar nu wel gelukt. Sinds ongeveer vijftien jaar had ik bij een lokale omroep in de buurt de functie van ‘hoofd techniek’. Een functie waar ik toentertijd voor gevraagd werd, maar die in de loop der jaren steeds meer invloed op mijn leven kreeg. Mijn vlucht naar Paramaribo heeft niet geholpen om die invloed te ontvluchten. Toen ik in 2016 terugkeerde in Nederland, werd ik opnieuw gevraagd om die functie voort te zetten. Wat toen ook speelde was de gedwongen fusie tussen twee omroepen, die het noodzakelijk maakte om ook op technisch gebied vele zaken te fuseren en te coördineren. De fusie is achter de rug, een vernieuwde omroep functioneert op alle facetten en misschien tijd voor mij voor een persoonlijke herbezinning. Mijn plan om voor vele maanden het land weer uit te gaan heb ik in een vroegtijdig stadium naar voren gebracht als waarschuwing. Na een periode van ongeloof kwam er uiteindelijk toch een verandering in de organisatie. Sinds de zomer van 2018 ben ik officieel geen ‘hoofd techniek’ meer. In plaats daarvan is er nu een coördinatrice gevonden die het team van technici gaat sturen. In de organisatie wordt nu gepoogd het zodanig te regelen dat er niemand meer is die onvervangbaar is. Waarom ben ik dan toch niet naar Mexico gegaan?
In het begin van dit jaar gebeurde er iets wat voor een radio en tv omroep met weinig budget een kleine ramp is. Bij de storm van 18 januari 2018 werd door een plaatselijk orkaankracht de zendantennemast onherstelbaar beschadigd. De stalen mast van ruim 40 meter hoog is op die ochtend van 18 januari omgewaaid, eigenlijk doormidden geknikt en total loss geraakt. De mast stond bij het parkeerterrein van een voetbalvereniging en van de kantine aldaar is het dak compleet weggewaaid. Vele maanden daarna is men in de omringende bossen nog bezig geweest om de honderden omgevallen bomen op te ruimen.
Toen nog in de functie van ‘hoofd techniek’ voelde ik mij verantwoordelijk voor dit probleem en voor het zorgen van een oplossing. Het betrof één van de drie zendlocaties en via noodvoorzieningen zijn al snel daarna alle zenders en alle frequenties weer in de lucht gekomen. Ik heb mij niet druk gemaakt over de oorzaak, want de echte oorzaak ligt waarschijnlijk bij beslissingen die voor mijn tijd genomen zijn. In de eerste weken ben ik heel druk geweest met het zoeken naar oplossingen voor herbouw. Er kwam van alles op me af: sloop van de mast, verzekeringen, medegebruik van de mast door de KPN, offertes voor nieuwbouw, en zo verder. Mij collega’s wensten me succes met de herbouw en daar bleef het bij. Vrij snel heb ik een bestuurslid ingeschakeld om mij te helpen in deze crisis. Nu, zowat een jaar verder, staat er nog steeds geen nieuwe mast. Halverwege dit jaar heb ik de hele zaak aan het bestuur overgedragen en de herbouw wordt nu vertraagd door de bureaucratie. Het gaat dan om financiering, verzekering, erfpacht rechten, medegebruik van de KPN, gemeentelijke bepalingen, omgevingsvergunningen en dergelijke. Het is nu aan het bestuur om het verder af te handelen. Ik geef indien gevraagd nog alleen maar technisch advies als het gaat om een nieuwe antenne-installatie.
Het zag er naar uit dat de mast mogelijk midden dit jaar herbouwd zou kunnen worden. Om dan voor langere tijd naar Mexico te gaan, leek me niet handig. Dus het vertrek naar Mexico stelde ik steeds maar uit. Als voorbereiding op een verblijf in Mexico was ik ook al langer bezig met een cursus Spaans. Eigenlijk al in 2017 ging ik naar de eerste cursus voor beginners. Later volgde er dan steeds weer een vervolg in een steeds kleiner wordende groep. Ergens in augustus zag het naar uit dat de bouw van een nieuwe mast nog niet in zicht was. Maar als ik pas in augustus naar Mexico zou vertrekken, dan zou ik het het vierde deel van de cursus Spaans moeten missen. Het lijkt op een soort ‘kip-ei-probleem’. Bovendien waren er in september meerdere andere interessante activiteiten waar ik aan deel wilde nemen.
In plaats van langdurig naar Mexico te gaan, besloot ik voor een korte vakantie in Spanje. Er was nog een reden om het vertrek naar Mexico nog wat uit te stellen, namelijk de bodem van mijn financiële schatkist kwam in zicht. Sinds het jaar 2015 leef ik van een vervroegde pensioen uitkering. Daar kan ik van rondkomen, maar het inkomen is ongeveer de helft van wat ik vroeger verdiende. Ik heb nog wel wat spaargeld, maar daar wil ik doelbewust mee omgaan. Vandaar dat ik besloot tot een budget vakantie: een stedentrip van een weekje naar de Spaanse stad Malaga. Als experiment besloot ik die week te gaan logeren in een hostel, in plaats van in een hotel. Dat had twee redenen. Ten eerste het is goedkoop en ten tweede om te zien hoe het leven in een hostel bevalt. Want als ik een aantal maanden door Mexico zou gaan trekken dan zou ik toch ook voornamelijk in low-budget hostels gaan overnachten. Om dit experiment kort samen te vatten: Malaga is een mooie stad, maar het verblijf in een hostel viel toch wat tegen. Lees er meer over op mijn website in het artikel: “Overleven in een hostel”.
Omdat ik toch vastbesloten ben om eens die trektocht door Mexico te gaan maken, besloot ik om het hostel experiment een tweede kans te geven. Ik boekte nog een weekje naar de Spaanse stad Barcelona. Dit keer boekte ik een hostel wat iets beter was, maar toch miste ik daar de aanspraak. Ik had verwacht dat er veel sociaal contact zou kunnen zijn in een hostel, maar dat viel erg tegen. Bovendien werd ik op de een na laatste dag in Barcelona beroofd. Lees er meer over op mijn website in het verhaal: “Beroofd in Barcelona”. Samengevat, Barcelona is een mooie stad, maar een week is te kort om alles te kunnen bezoeken, of misschien was ik er juist een dag te lang. Oh ja, en bovendien spreken ze in Barcelona geen Spaans, maar Catalaans. Ook hierdoor was Barcelona geen handige keus.
Men zegt wel eens: ‘toeval bestaat niet’. Maar toch overkomt je het gewoon. In de afgelopen paar jaar had ik wel eens uitgekeken naar een baantje erbij. Niet full time, maar voor enkele dagen of uren in de week. Terloops had ik daarvoor rondgekeken, wel eens gesolliciteerd, maar dat is nooit wat geworden. Als kleine bijverdienste deed ik op de Radboud Universiteit geregeld mee met experimenten op wetenschappelijk gebied. Vaak experimenten waarbij je op knoppen moet drukken afhankelijk wat je op een scherm ziet of door een hoofdtelefoon hoort. Of vragenlijsten en enquêtes invullen. Het levert niet veel op, ongeveer tien euro per uur, maar het was vaak wel interessant en je steunt er de wetenschap mee.
Het was op een zaterdag dat ik boodschappen deed in de Jumbo supermarkt bij mij in de buurt. Tijdens het afrekenen bij de kassa hoor ik door iemand in de rij roepen: “hé Piet!”. Het was een voormalig collega van mijn vorige werkgever NXP. Aan het eind van de kassaband raakten we aan de praat. Het werd een langduriger gesprek dan zo van “hoi, hoe gaat het en tot ziens”. We zetten ons gesprek voort, buiten voor de Jumbo. Het bleek dat mijn collega ook al niet meer bij NXP werkte, maar sinds een kort jaar bij een klein beginnend bedrijf in Enschede. Het is een bedrijf dat ook werkt aan de ontwikkeling van ‘chips’ en dat pas een innovatief audio product op de markt heeft gebracht. Voor de verdere ontwikkeling van het product en de uitbreiding van de activiteiten bleek men op zoek te zijn naar mensen met ervaring. Laat ik nu in de afgelopen dertig jaar bij NXP ook gewerkt hebben aan audio chips. In het gesprek met de voormalige collega raakte ik geïnteresseerd en liet weten dat ik nog wel tijd over heb in de week. Met de collega, die daar in Enschede salesmanager is, wisselde ik mijn contact gegevens uit.
Binnen een week kreeg ik bericht van de salesmanager en het voorstel om eens te komen kijken en praten in Enschede. De afspraak was snel gemaakt en binnen enkele dagen werd ik ’s morgens van huis opgehaald en reden we samen naar Enschede. In een bezoek van enkele uren op het bedrijfje sprak ik met enkele werknemers en potentiële collega’s om een beeld te vormen van de mogelijkheden voor een baan. Een baan van slechts drie dagen in de week behoorde tot de mogelijkheden.
Het was nu aan mij om te besluiten om opnieuw in het werk van ‘chip-designer’ te stappen of niet. Na een denkperiode van een paar dagen besloot ik het voorstel te doen voor een tweede gesprek. De directeur van het bedrijf reageerde snel en we maakten op korte termijn een afspraak ergens op het vertrouwde NXP terrein in Nijmegen. Het besluit was snel genomen, ik kreeg een aanstelling voor drie dagen in de week bij het bedrijf in Enschede, met een salaris op het niveau dat ik vroeger had, maar dan wel 6o% daarvan en reiskosten vergoeding. Het gesprek was op een donderdag en we kwamen overeen dat ik de maandag daarop direct kon beginnen. Het is dan half oktober, waarom nog langer wachten.
Dus zo ben ik tot mijn eigen verbazing weer in het arbeidsproces gerold. Het vroegere werk ligt nog vers in het geheugen, men gebruikt dezelfde ontwerp software als vroeger, en nu, bij NXP. Na enkele dagen wennen aan mensen, omgeving voel ik mij weer thuis op de werkplek. Enkele jaren geleden had ik nooit verwacht dat het ooit nog eens zo ver zou komen. Ik moest nog wel een obstakel opgelost krijgen. Bij de aanvraag van de vervroegde pensioen uitkering heb ik een intentieverklaring moeten ondertekenen, dat ik niet de intentie had om weer te gaan werken. Nu zo’n vier jaar later, heb ik via een verzoekschrift moeten verklaren dat ik toen echt niet de intentie had om weer te gaan werken. Bovendien ben ik gevraagd om dit werk te gaan vervullen en weer de mensheid te gaan dienen. De belastingdienst reageerde onverwacht snel door te verklaren dat ik dat inderdaad niet had kunnen voorzien en dat mijn pensioen hierdoor niet ‘onzuiver’ is. Probleem opgelost. Als je wilt weten welk bedrijf het is, kijk op www.axign.nl (vanwege bedrijfsbeperkingen kan ik hier niets overschrijven)
Dus nu reis ik in de meeste gevallen op drie dagen in de week naar Enschede met de auto, een rit van anderhalf uur heen en ruim anderhalf uur terug. Dat doe ik op de maandag, de woensdag en de vrijdag. Op de tussenliggende dagen kan ik ’s morgens wat uitslapen en mijn eigen dingen doen. Want het is wel vroeg opstaan op de dagen dat ik naar Enschede rijd. Om vijf uur ’s morgen gaat de wekker, om zes uur rijd ik weg en dan ben ik vrij stipt om half acht op het bedrijf. Meestal ben ik dan één van de eersten. Enkele van mijn collega’s komen vers van de universiteit en houden nog de studentikoze uren aan. Rond vijf uur ’s middags kijk ik waar de files staan en kies uit één van de mogelijke routes naar Nijmegen alvorens mijn collega’s een prettige avond te wensen. Soms eet ik dan onderweg een in wegrestaurant. Op enkele avonden rijd ik niet direct naar huis, maar of naar de cursus Spaans, of naar de atletiekbaan of soms naar een vergadering ergens. In een aantal gevallen komt het voor dat ik vier dagen in de week werk, als het werk dat nodig maakt. Weer als experiment, een keer in Enschede overnacht in een Bed en Breakfast, ook dat beviel wel. De drukke tijden herleven weer.
Deze nieuwe baan is niet iets wat ik nog tien jaar ga doen. Hoe lang wel, dat kan ik nog niet zeggen. Het enige nadeel is dat de avonden zo kort schijnen, als je laat thuis komt en ’s morgens weer vroeg op moet. Wel is het zo dat op deze manier een lange reis in de nabije toekomst geen financieel probleem meer is en dat ik dan waarschijnlijker wat luxer kan gaan overnachten dan in low-budget hostels.
Voor het komend jaar misschien weer een boek uitbrengen? Ik heb nog genoeg materiaal klaar. Ik denk aan de titel: “Tocht naar Timboektoe, en 24 andere wereldse reisverhalen”.